Een paars duiveltje
Iets wat we sinds de lancering van de eerste BMW X6, of recenter de 4-reeks, al wel vaker richting Beieren horen waaien, het design van zowat elke BMW gaat over de tongen. Je bent voor of je bent er tegen… een tussenweg is er tot enige gewenning optreedt, is er niet.
Zo ook bij de nieuwe BMW 2-reeks. Over smaken valt uiteraard niet te twisten maar wat wij wel kunnen zeggen dat wij deze coupé zeker weten te waarderen. En dan hadden we nog niet eens onder de motorkap gekeken. Wat er in ons testexemplaar ligt? Een drieliter zescilinder-in-lijn biturbo. De badge? M240i xDrive. Een uitstervend ras in deze, sorry voor mijn bewoording, ‘fucked up door Greta’s geïnspireerde politieke wereld’.
De badge geeft het al aan… we hebben het over het dichtgeknepen oudere broertje van de ondertussen ook al geboren nieuwe M2. Hoewel, laat het dichtgeknepen er maar af want deze vierwielaangedreven coupé heeft maar liefst 374 paardjes en 500 Nm koppel aan boord. Dit komt overeen met de eerste M2 die in 2015 op de wereld werd losgelaten met dat verschil dat bij de M2 al die steigerende paardjes enkel werden losgelaten op de achterwielen. Een spurtje naar 100 wordt ondertussen afgehaspeld in 4,3 seconden, met dank aan de vier in het asfalt geklauwde wielen, zo’n kleine halve seconde sneller dan de M2 in 2015.
Wat het design betreft is hij een pak minder opzichtig als de M2 al verloochend hij zijn sportieve en dynamische karakter helemaal niet. Zo zien we een gespierde front, subtiele spoiler op de kofferklep, M-spiegels, M-velgen en wat ons testexemplaar betreft, een iets opzichtigere paarse metaalkleur.
Binnenin zien we vooral de stijl van andere modellen terugkomen, niet vernieuwend maar dat hoeft on dit geval geen punt van kritiek zijn, integendeel. Alles is verzorgd en met mooie, hoogwaardige materialen afgewerkt. De sportzetels zitten laag maar perfect, zelfs voor mensen die de 1m90 benaderen. Achteraan raden we niet echt aan als je wat lengte hebt tenzij je Yoga-gewijs de knieën echter je oren kan leggen.
Hoe hij rijdt? Zoals hij klinkt. Heerlijk! De uitlaat gromt en pruttelt terwijl de motor zich aanpast naargelang de rechtervoet het gaspedaal beroert. Zo blijft hij rustig en discreet in lage toeren maar eens je deze paarse duivel wakker schudt, heb jij en de buurt het geweten. De ophanging is strak en hard maar kan desgewenst ingesteld worden op een iets comfortabeler niveau. Sturen gebeurt scherp en direct en de wegligging, zowel bij droog als nat weer is wat we van een M-model mogen verwachten, top. Ga je toch wat buiten de lijntjes kleuren zijn er verschillende hulpsystemen die de M240i in het gareel houden, met te beginnen natuurlijk de xDrive al voel je wel dat het meeste vermogen naar de achteras gepusht wordt. Dat maakt dat lichtjes onderstuur hem niet vreemd is en je zijn strakke kont in beweging kan brengen als je het wat speelser wil aanpakken.
Conclusie
In tijden waar men alles wat niet woke, niet elektrisch, hybride of niet past in het straatbeeld van de ‘ik-hang-bordjes-van-bond-zonder-naam-aan-het-venster-en-rij-het-liefst-met-de-bakfiets-van-tante-Greta’ uitspuwt, is deze M2440i een welgekomen afwisseling. Heb je dus goesting om een ‘good-old’ zescilinder aan het werk te voelen en vooral ‘Freude am Fahren’ te ervaren, leg dan 60.350 euro (en nog wat geld voor extra opties) opzij en geniet van deze heerlijke daily.