MenStyle Road Test: Ineos Grenadier

Niet blij met de nieuwe Defender? Dan bouw ik hem gewoon zelf! 

Het verhaal van de Ineos Grenadier? Het begint bij Ineos, een van de grootste chemieconcerns in de wereld en voor zij die sport een beetje opvolgen hebben de naam zeker ook al gehoord in de F1 en het wielrennen. Zo is Ineos voor een derde eigenaar van het Mercedes-AMG Formule 1-team en hebben ze een eigen en succesvol World Team wielerploeg en sponsort het America’s Cup-zeilteam (F1 op de oceaan) van Sir Ben Ainslie.

Grote baas achter dit alles is Sir James Ratcliffe, met zowat 15 miljard pond op de bankrekening één van Groot-Brittannië’s rijkste mannen. En deze man is, of beter was, een grote fan van de ‘originele’ Land Rover Defender. Het was voor James een dikke teleurstelling wanneer ze bij Jaguar Land Rover besliste de stekker uit de oer-4×4 te trekken maar zoals het een echte ondernemer betaamt zette hij teleurstelling om in ideeën. Hij nam contact op met JLR om de rechten en productiemiddelen voor de befaamde 4×4 te kopen, maar helaas, hij viste achter het net. Twee keer teleurgesteld? Dan zet de man dit om in daden en hij besliste om wat geld van zijn dik gespekte bankrekening te halen en gewoon zelf dé terreinwagen onder terreinwagens te bouwen. De Grenadier werd geboren.

Offroad of Knokke?

Uiteraard heb je expertise nodig en die ging Ratcliffe halen bij ontwerper Magna Steyr, BMW voor de aandrijflijnen en dit met één doel, een pure terreinwagen bouwen die je overal ter wereld en in de moeilijkste omstandigheden kan gebruiken maar ook genoeg comfort en luxe biedt voor dagelijks gebruik. Dat je deze Ineos dus zowel in moddergevechten met the boys als in de Zoutelaan in Knokke zal tegenkomen is een feit. Het verschil met bijvoorbeeld de koning van de Zoutelaan, de G-Klasse, trouwens ook gesmaakt door Ratcliffe, legt hij zelf uit: ‘Ik vind hem geweldig maar zou er nooit mee op avontuur gaan!

En om op avontuur te gaan heb je een aantal designelementen die onontbeerlijk zijn. Hij ziet er robuust en vierkant uit, kent veel ruimte binnenin en de wielen staan echt op de uiterste hoeken om de overhangen zo kort mogelijk te houden en leveren uitstekende aan- (35,5°) en afrijhoeken (36,1°). Grote wielkasten en een grote bodemvrijheid (26,4 cm) maakt het een pak makkelijker op het terrein.

Diesel of Benzine

Kijken we onderhuids, dan vinden we een zowaar ouderwets ladderchassis, schroefveren en starre assen terug. Die laatste worden geleverd door het Italiaanse Carraro die hun strepen al verdiend hebben als vaste leverancier bij John Deere, jawel, een van de bekendste traktorfabrikanten. Om roest tegen te gaan is het chassis ook gelakt met een volledige e-coating. Verder is deze sterke jongen versterkt met extra staal en beschermen extra schutplaten de grote benzine- of dieseltank.

En nu we het toch over benzine en diesel hebben, dan komen we uit bij de aandrijving. Die is, zoals eerder aangegeven gehaald bij BMW. Zo kozen ze voor twee drieliters zes-in-lijn. De diesel levert 249 pk en 550 Nm aan koppel terwijl de benzineversie goed is voor 286 pk en 450 Nm, beiden gekoppeld aan een achttrapsautomaat. Een spurtje van 0 naar 100 km/u doen ze respectievelijk in 9,9 en 8,6 seconden en de topsnelheid is begrensd op 160 km/u. Onze testwagen beschikte over de diesel wat ons meteen een vertrouwd gevoel gaf aan respons en geluid met in een niet zo ver verleden dezelfde motor in onze X5 te hebben gehad.

Niet zuinig

En dat vertrouwd gevoel vertaalde zich ook meteen in dit werkpaard zijn comfort en stilte, in hoeverre je dat in een grote SUV met echte terreinambities kan wegfilteren natuurlijk. Uiteraard pakt hij wind en blaas je al eens stevig in de toeren maar dat hoort er natuurlijk allemaal bij. En vertrouwd, dat is (helaas) ook het verbruik. Zo tikte deze diesel al gauw af op een dikke 12 liter per 100 kilometer. Voor de benzine, die we niet testten zou dit zelfs uitkomen op net geen 15 liter per 100 kilometer.

Het rijden zelf is geweldig en direct maar het is best aanpassen aan het gebrek aan terugkeerneiging van het stuur. Zo moet je na het insturen effectief zelf het stuur terug in de juiste richting draaien of je blijft insturen. Ook de brute Goodrich-terreinbanden zullen hier ook niet echt in meehelpen. Waar je wel op kan bouwen? De stevige Brembo-remmen, die zorgen dat je zonder problemen het bijna drie ton zware geheel in alle omstandigheden snel tot stilstand brengen.

Toeteren

Echt offroad, tenzij je wat bospaden in de Lilse Bergen meerekent, zijn we niet geweest maar je voelt dat hij daar wel echt in zijn element is. Hij kan tot 80 cm diepte in water rijden en, wat goed is, in deze modus (offroad) worden alle elektrische snufjes (stoelverwarming) en andere zaken als parkeersensoren, het piepje als je je gordel niet aan hebt,… uitgeschakeld kwestie niet geëlektrocuteerd te geraken bij het betere en natte offroadwerk, slim!

Over slim gesproken, op het dikke multifunctionele stuur zit een rood knopje met de afbeelding van een fiets en het opschrift ‘Toot’. Dit knopje is een ’tweede’ claxon, een iets meer beschaafd exemplaar dat mountainbikers en voetgangers in de bossen van Lille meer konden appreciëren dan het luidruchtige standaardexemplaar.

AIRBUS

En nu we toch binnenin zitten kijken we even naar het interieur. Dit ademt ook avontuur met rubberen vloerbedekking, die je zelfs met de tuinslang kan schoonmaken met dank aan afvoergaten. Verder zien we veel (yes!) en grote fysieke bedieningselementen die je zelfs met handschoenen kan bedienen. De eyecatcher in het interieur zijn de knoppen van de middenconsole die zich, jawel, tussen de voorzetels aan de dakhemel zijn bevestigd. Een vergelijking met een Airbus of Boeing is snel gemaakt. Toch vinden we ook een makkelijk en intuïtief aanraakscherm terug dat kan gekoppeld worden aan  Apple CarPlay en Android Auto. Ook leuk zijn andere avontuurlijke details als sjorhaken in de bagageruimte en de safariruiten, die je eenvoudig kan openen of zelfs verwijderen, vooraan in het dak.

Kwanta kosta?

Voor een Ineos Grenadier (MY2024) betaal je een vanafprijs van 87.200 euro al kan dat nog wel wat oplopen met de vele opties al hebben we nog een paar modellen in stock (MY2022) gevonden voor een pak minder. Waar? Bij de invoerder, Hedin Automotive.

Conclusie

Voor een auto die als het ware gebouwd is met als doel een dikke middelvinger te werpen naar constructeurs die het vertikken om oude gevestigde waarden in offroadlandschap te houden is dit wel heel goed gelukt. De Ineos is karaktervol, heeft het offroad-DNA in zijn genen en kan rekenen op erg solide en prestigieuze leveranciers en partners. Dat het bouwen uiteindelijk een pak meer gekost heeft dan begroot, is Ratcliffe’s (kleine) probleem maar dat resulteert wel in een fantastische wagen. Wij denken niet dat de man er niet van wakker ligt, integendeel. Hij droomt ongetwijfeld al rustig verder over nieuwe (en misschien zuinigere of zelfs elektrische) modellen. En dat dromen, kunnen we alleen maar toejuichen. 

Foto’s: Renée Zwijsen

You May Also Like

VW-groep, Mazda en Volvo sturen kat naar 99e Autosalon Brussel 2022

Geen Volkswagen, Audi, Seat, Skoda, Bentley, Bugatti, Lamborghini, Porsche, Volvo en Mazda We pinken een ...

MenStyle Road Test: Audi Q8 55 e-tron Quattro Advanced

Wanneer iets goed nog beter wordt… De eerste 100% elektrische Audi, de e-Tron, kreeg ...

MenStyle op de Europese première van de Aiways U6ion

En dat in onze thuisstad Aiways is met de U6ion aan een Europese roadshow ...