Na de heerlijke Toyota Supra was het de beurt om een andere Japanner op te halen en wel één van de bestsellers van het Japanse merk, de Toyota Corolla TS, waar TS staat voor Touring Sports en eentje die ondertussen aan de vijfde generatie bezig is. Kenmerkend, naast enkele nieuwe exterieure elementen, deze generatie, de zelf opladende hybridetechnologie en het nieuwste Toyota Smart Connect multimediasysteem.
Het eerste wat ons opvalt is dat deze ‘break’ er strak en sportief uitziet, zeker in onze versie die het Juniper Blue kleurtje meekreeg. Verder zien we enkele updates ten opzichte van de vierde generatie met name een nieuw getekende grille, vernieuwde LED-dagrijlichten en wat aanpassingen rond de mistlichten. Ook binnenin is alles mooi verzorgd en zien we een nieuwe digitale en 12,3” grote cockpit geflankeerd door mooie en degelijke materialen. Daarop vind je alle info terug die je je maar kan wensen én, indien nodig, naar eigen believen kan aanpassen. Het infotainmentsysteem beschikt over een 10,5”-scherm en beschikt over Apple CarPlay en Android Auto, zij het bij die laatste wel bekabeld.
Ook tof, in tegenstelling tot vele andere constructeurs tegenwoordig, is het nog steeds voorzien van de nodige knoppen voor bijvoorbeeld klimaatregeling. Handig en het bespaart je onnodig veel tijd, ‘gescroll’ door ellenlange digitale menu’s en dus afleiding tijdens het rijden.
Rijden, het woord is gevallen. Hoe rijdt deze Corolla TS? Wel, goed! Onze testversie beschikte over een 2.0 liter benzine motor gekoppeld aan de 5de generatie hybride technologie, goed voor een gecombineerd vermogen van 196 pk. Dit volstaat om deze ruime jongen in 7,4 seconden van 0 naar 100km/u te brengen. De elektromotor krijgt stroom van een nieuw, lichter en kleiner lithium-ion batterijpack. Ideaal want dit komt de ruimte (vooral dan de koffer) ten goede… iets wat onontbeerlijk is voor mensen die kiezen voor een ‘break’ natuurlijk. Over ruimte gesproken, als bestuurder met 1m89 moesten we wel de zetel, die overigens goed zit, helemaal naar beneden halen en redelijk ver naar achteren zetten om niet met onze rechtopstaande haren, voor zolang we die nog hebben, tegen het panoramisch dak te schuren… een detail.
Het rijden zelf gaat soepel en dynamisch genoeg al merk je soms wel de overgang tussen de elektromotor en de op fossiel aangedreven krachtbron. Het is als het ware hij soms een fractie van een seconde twijfelt en dan pas de juiste krachtbron kiest, zeker wanneer je even stevig op het gaspedaal duwt. In gewone omstandigheden merk je er vrijwel niets van. Sturen gaat direct en juist en ook de ophanging voelt toch wat sportief, lees als iets harder aan maar zonder echt in te boeten aan comfort. Doen ze goed, die Japanners.
Wat ze ook goed doen is het verbruik laag houden. Wij kregen deze jongen met gemengd gebruik, en zoals jullie ons al een beetje kennen… niet zo zuinig met de rechtervoet makkelijk onder de 5 liter per 100 kilometer. En of je hier dus ook kilometers mee kan vreten zonder te hoeven nadenken waar het dichtstbijzijnde tankstation is.
Kostprijs van dit alles, inclusief een resem en goed werkende veiligheidsmiddelen als en zo maar eventjes 10 jaar garantie (of 200.000 kilometer)? 44.380 euro. Althans de prijs van onze testversie. Andere versies beginnen zelfs al vanaf 36.795 euro.
Conclusie
Wie op zoek is naar een betaalbare, zuinige, ruime en vooral degelijke auto moet zeker eens een kijkje gaan nemen bij de Toyota-dealer in de buurt. We wisten al dat de Japanners uitblinken in bedrijfszekerheid, dat doen ze zeker ook in het rijden zelf. Kunnen we nog muggenziften? Tgoh ja, ben je langer dan 1m90, dan kan het misschien allemaal een beetje meer benepen worden. Aan u om het eens uit te testen.
