Voor een boswandeling in stilte…
De oerman van alle terreinwagens? De Jeep Wrangler. Een wagen die tevens het bospad van die andere terrein-iconen, de Land Rover Defender en Mercedes G-klasse effende. Maar ook deze oerman, nog steeds een nakomeling van de CJ5, de iconische Wrangler die tussen 1954 en 1987 gebouwd werd, moet mee met zijn tijd. Zo kiest hij, deels ‘van de moetes’, ook de kaart van elektrificatie. De Jeep Wrangler 4xe werd geboren.
Neen, deze Wrangler kiest nog niet voor de volle 100% zonder fossiele brandstoffen maar wel voor de plug-inhybride technologie zonder in te boeten op ongeziene prestaties op zowel offroad als het platteland als de stad. Althans, dat beloven ze. Maar is dat ook zo? Wij zochten het met plezier uit.
We moeten bekennen, het blijft raar, een rasechte 4X4 die je geruisloos door het bos laat knallen. En daar zit dan ineens het grootste verschil. Buiten de blauwe logo’s of het oplaadluik aan de linkerkant zien we weinig verschil met de niet geëlektrificeerde broertjes. Ook binnenin zien we weinig nieuwigheden.
Onderhuids vinden we geen diesel meer. De 4xe combineert een krachtige tweeliter viercilinder op benzine (271 pk) met een alternator-starter van 46 kW, goed voor een gecombineerd vermogen van 380 pk en, val niet van je stoel, maar liefst 637 Nm aan koppel. De batterij heeft een capaciteit van 17,3 kWh en bevindt zich onder de achterbank. Plaatsbesparend én, belangrijk voor de Wrangler, om de waaddiepte, die 76 centimeter bedraagt, te vrijwaren. Belangrijk want elektriciteit en water… niet direct de beste combinatie.
Het rijden zelf is vlot en erg aangenaam. Je hebt steeds het gevoel dat je goed in het ritme zit, iets waar het vele koppel veel mee te maken heeft. De 8-trapsautomaat levert ook feilloos werk af. We vinden hem ook stabieler dan de niet PHEV-versie. Mogelijks een positief effect van het hoger gewicht met dank aan de 350 kilogram sterke batterij. Echt offroad zijn we niet gegaan maar we hebben hem wel buitengelaten voor een pittige boswandeling. Ook pittig is het verbruik van deze 2,2 ton zware jongen. In hybridemodus tikten we, ondanks toch ook wat snel- en gewestwegen op de teller, af op zo’n 8,5 liter per 100 kilometer. Toegegeven, we hebben niet de lichtste rechtervoet.
Conclusie? We zijn verrast dat de toch iets zwaardere PHEV het in sé beter doet dan de, ook al geweldige, stekkerloze broer. De kracht die hij etaleert is fenomenaal en hij verliest niets van zijn capaciteiten. Voor de Sahara 4xe is er een vanafprijs van 69.500 euro, oftewel zo’n 12.000 meer dan de ‘gewone’ Sahara. Voor de Rubicon, de echte terreinvreter, tel je minstens 71.450 euro neer. Stevig wel om in de stad of in het bos een paar tiental kilometers geruisloos zonder brandstof te cruisen. Maar hé, fiscaal gezien, met tot wel 98% aftrekbaarheid, een niet onaardige keuze voor echte (zelfstandige) Jeepers.
